Bram Tankink, the official website


Buschauffeur

11 Juni 2009

Ik zag de reactie van Klaas al in het gastenboek en dat is vaak hoe mensen er naar kijken, de uitslag. Maar dat zegt niet altijd alles over iemands conditie. Natuurlijk rijd ik niet met de besten mee bergop, maar dramatisch is het zeker niet. In het begin heb ik volop meegesprongen en even leek ik in de juiste ontsnapping te zitten. Iedereen werkte volle bak mee, maar het peleton wilde niet laten begaan. Het waren er teveel. Vervolgens was er een grote valpartij met veel schade, en daar konden 4 renners gebruik van maken die licht vooruit reden. Dat was de ontsnapping van de dag. Breukink had die ochtend al gezegd dat als er uiteindelijk niemand mee zou zitten we het heft wel eens in handen konden nemen voor de Ventoux. Voor Robert. 25km voor de voet kregen Joost en ik de opdracht om te gaan meerijden met de twee mannen van Lotto. Dus trokken we ons in gang om de voorsprong van 8 min kleiner te maken om nog kans te maken op de dagzege met Robert. Dat ging prima, maar al snel hielden de mannen van Lotto het voor gezien en wilden ons twee al het werk opzadelen. Dat kon niet de bedoeling zijn dus heb ik ze wel kunnen overtuigen om nog even mee te rijden. Hun argument was dat we te hard reden en toen heb ik voorgesteld hun kopbeurten dan maar op hun eigen tempo te doen.

Voor de Ventoux hadden we nog een klimmetje van 4e catogorie en daar aangekomen hadden we al wat van de voorsprong afgesnoept. Met het motto van ik rij op kop en dan maar meteen goed ben ik vanaf de voet vol omhoog gereden. Als ik pijn moet lijden, dan is het beter dat de rest dat ook doet. Ik heb het door kunnen trekken tot de top en daar nam Joost het weer over voor de afdaling die hij duizelingwekkend snel nam. Aan de voet van de Ventoux heb ik nog een keer een flinke snok gegeven en toen mijn fiets opzij gestuurd. Langer op kop rijden zou geen toegevoegde waarde meer hebben.

Ik heb me toen meteen door het peleton laten uitzakken die ondertussen behoorlijk lang was geworden en me in de laatste groep gezet. Er komen nog drie zware dagen en aanklampen was in mijn ogen niet verstandig. Ik heb er meer aan de komende dagen goed te zijn of om mee te kunnen zitten in een ontsnapping.

Ik merk dat de hoogtestage wel zijn werk heeft gedaan. Ik herstel heel goed en mijn hartslagen benadert al dagen mijn maximum. Iets wat ik normaliter in etappe koersen geen 3 dagen vol houdt. Echter is mijn vermogen nog niet super, maar daarvoor ontbreekt gewoon nog wat basis na drie weken stil te hebben gelegen.

Dat het daarmee moeilijk wordt voor een Tourplek realiseer ik me. Zeker nu de rest van de ploeg erg goed is. Dat ik een van de mindere ben vanwege een heel korte voorbereiding is nu eenmaal zo, en daar kan ik weinig aan veranderen. Maar ik vertrouw erop dat de ploegleiding dit meeneemt in hun beslissing. Want juist richting de Tour kan mijn conditie nog veel groeien. En dat is eerder een voordeel dan een nadeel. Renners die erg goed zijn in de Dauphine, zijn niet altijd heel erg goed in de Tour omdat ze simpelweg te vroeg in vorm zijn. Hoewel dit een feit is, is het natuurlijk ook voor eigen parochie spreken. Mijn selectie hangt dan ook echt niet af van het feit dat ik vandaag in de bus zat. Er wordt van ons verwacht dat we ons proffesioneel opstellen en als ze me vragen om op kop te rijden doe ik dat met volle overtuiging. En dan moet je daarna zorgen dat je op een fatsoenlijke manier de finish haalt en het liefst zo fris mogelijk.

Groetjes Bram